dossierverantwoordelijke: Mario Mortiers

bevoegde schepen: Chris Vervliet

 

Feiten en context:

Op 21 april 2023 werd het decreet van 31 maart 2023 over diverse bepalingen over het gemeenschappelijk vervoer, de weginfrastructuur en het wegenbeleid, en de water- infrastructuur en het waterbeleid (hierna: hersteldecreet GAS 5) gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Dit hersteldecreet GAS 5 is in werking getreden op 1 mei 2023 en zorgt voor een aantal noodzakelijke aanpassingen aan het huidige regelgevend kader betreffende de gemeentelijke administratieve geldboeten voor de beperkte snelheidsovertredingen.

Het hersteldecreet biedt evenwel geen oplossing voor de problematiek van het ontbreken van een kentekenaansprakelijkheid voor deze beperkte snelheidsovertredingen, daarom wordt voorgesteld om in de bijzondere politieverordening een eigen regeling van kentekenaansprakelijkheid in te voeren. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de wijzigingen aan de bijzondere politieverordening van 24.11.2022 betreffende de beperkte snelheidsovertredingen goed te keuren.

Juridische grond:

Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, artikel 29quater.

Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988, artikel 119, 119 bis en 135 § 2.

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017en latere wijzigingen, artikelen 40 en 41.

Bijzondere politieverordening betreffende de beperkte snelheidsovertredingen van 24.11.2022.

 

Motivatie:

 

1. Hersteldecreet GAS 5

Op 21 april 2023 werd het hersteldecreet GAS 5 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad .

Dit hersteldecreet is in werking getreden op 1 mei 2023 en zorgt voor een aantal noodzakelijke aanpassingen aan het huidige regelgevend kader betreffende de gemeentelijke administratieve geldboeten voor de beperkte snelheidsovertredingen.

Ten eerste wordt tegemoet gekomen aan de problematiek van het originele proces-verbaal. Oorspronkelijk voorzag het GAS 5-decreet dat het originele proces-verbaal moest worden overgemaakt aan de overtreder, waardoor het originele proces-verbaal niet langer in bezit was van de sanctionerend ambtenaar, hetgeen zou kunnen leiden tot juridische problemen bij een eventuele beroepsprocedure. Door een aanpassing via het hersteldecreet GAS 5 volstaat het voortaan om een afschrift van het proces-verbaal te bezorgen aan de overtreder.

Ten tweede biedt het hersteldecreet GAS 5 een oplossing voor de vertalingen van dossiers van buitenlandse overtreders. Het is niet meer noodzakelijk om alle documenten te vertalen. Het volstaat om de buitenlandse overtreder een informatiebrief te sturen die voldoet aan de richtlijn 2015/413/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie.

Tenslotte wordt de termijn die de sanctionerend ambtenaar heeft om verweerschriften te beantwoorden opgetrokken van dertig dagen naar negentig dagen. Indien deze termijn overschreden is, worden de verweermiddelen geacht aanvaard te zijn. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om een aantal bepalingen in de bijzondere politieverordening van 24 november 2022 betreffende de beperkte snelheidsovertredingen te wijzigen, teneinde deze in overeenstemming te brengen met de wijzigingen die zijn doorgevoerd door het recente hersteldecreet.

 

2. Kentekenaansprakelijkheid

Het hersteldecreet GAS 5 heeft voor een aantal praktische problemen een oplossing geboden, maar er zijn nog een aantal pijnpunten waarvoor ook in het hersteldecreet GAS 5  nog geen oplossing voorzien werd. Eén van de kernproblemen van de administratieve sancties voor snelheidsovertredingen die nog niet werd opgelost door het hersteldecreet GAS 5, is de moeilijkheid om binnen de administratieve procedure boetes te verhalen op personen die snelheidsovertredingen begaan met een voertuig waarvan ze geen eigenaar zijn. Dit probleem duikt op zowel bij voertuigen met een natuurlijke persoon als eigenaar, als bij voertuigen met een rechtspersoon als eigenaar. De wegverkeerswet (wet van 16 maart 1968 betreffende de politie op het wegverkeer), waar de GAS 5-regeling is ondergebracht (artikel 29 quater), bevat specifieke regels om er bij strafrechtelijke vervolging voor te zorgen dat de werkelijke overtreder wordt veroordeeld.  Deze regels kunnen niet toegepast worden in de gedepenaliseerde, administratieve procedure van GAS5. Om straffeloosheid te vermijden, is het aangewezen om in de bijzondere politieverordening betreffende de beperkte snelheidsovertredingen van 24 november 2022 zelf een regeling omtrent de kenteken- aansprakelijkheid te voorzien, geïnspireerd op de strafrechtelijke bepaling van artikel 67bis van de wegverkeerswet en die zowel voor natuurlijke als rechtspersonen geldt.  Dit gebeurt door de toevoeging van een nieuw artikel 2. Gelet op de lacune in de hogere wetgeving die niet werd opgevuld door het recente hersteldecreet, is de gemeenteraad bevoegd om zelf zulke bepaling uit te vaardigen.

 

3. Tekstuele aanpassingen

Tenslotte werden enkele tekstuele aanpassingen doorgevoerd.

 

Financiële gevolgen:

Dit besluit heeft geen financiële gevolgen.

 

eenparig aangenomen.
 

 

Besluit:

De gemeenteraad keurt onderstaande goed :

 

Artikel 1

Aan de bijzondere politieverordening van 24.11.2022 betreffende de beperkte snelheidsovertredingen worden volgende wijzigingen aangebracht:

 

Artikel 1 (oude versie):

Artikel 1. Het overschrijden van de toegelaten maximumsnelheid op plaatsen gelegen op het grondgebied van de Gemeente Boutersem wordt gesanctioneerd met een gemeentelijke administratieve geldboete indien cumulatief voldaan is aan volgende voorwaarden:

- de snelheidsovertreding wordt begaan door een meerderjarige natuurlijke persoon of door een rechtspersoon;

- het betreft een overschrijding van de toegelaten maximumsnelheid met niet meer dan 20 kilometer per uur (na correctie met technische tolerantiemarge);

- de snelheidsovertreding wordt begaan op plaatsen waar de snelheid beperkt is tot 30 of 50 kilometer per uur;

- de snelheidsovertreding wordt vastgesteld volgens de voorwaarden vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, met uitzondering van het zesde en achtste lid;

- de snelheidsovertreding wordt vastgesteld met automatisch werkende toestellen zoals vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, die volledig worden gefinancierd door de lokale overheid;

- er wordt niet gelijktijdig een andere overtreding vastgesteld.

Wordt artikel 1 (nieuwe versie):

Artikel 1. Het overschrijden van de toegelaten maximumsnelheid op plaatsen gelegen op het grondgebied van de gemeente Boutersem wordt gesanctioneerd met een gemeentelijke administratieve geldboete als al de volgende voorwaarden vervuld zijn :  

1° het betreft een overschrijding van de toegelaten maximumsnelheid met niet meer dan 20 kilometer per uur; 

2° de snelheidsovertreding wordt begaan op een plaats waar de snelheid beperkt is tot 30 of 50 kilometer per uur; 

3° het gaat om een snelheidsovertreding vastgesteld volgens de voorwaarden, vermeld in art. 62 Wegverkeerswet, met uitzondering van het zesde en achtste lid, met automatisch werkende toestellen als vermeld in hetzelfde artikel, die volledig worden gefinancierd door de lokale overheid; 

4° de snelheidsovertreding wordt begaan door een meerderjarige natuurlijke persoon of door een rechtspersoon; 

5° er wordt niet gelijktijdig een andere overtreding vastgesteld. 

 

De overtreding die voldoet aan het eerste lid wordt hierna ‘beperkte snelheidsovertreding’ genoemd. 

 

Artikel 2 (oude versie):

Artikel 2. §1. De sanctionerend ambtenaar kan overeenkomstig dit reglement bij wijze van administratieve sanctie overgaan tot het opleggen van een administratieve geldboete voor de beperkte snelheidsovertredingen.

§2. De bedragen van de administratieve geldboetes voor de snelheidsovertredingen zoals omschreven in artikel 1 van deze verordening, zijn gelijk aan de bedragen vastgelegd door de Vlaamse Regering in artikel 2, 2° van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer.

Wordt artikel 2 (nieuwe versie):

Artikel 2. Wanneer de bestuurder bij de vaststelling van de snelheidsovertreding niet geïdentificeerd werd, wordt vermoed dat deze is begaan door de houder van de kentekenplaat van het motorvoertuig waarmee de overtreding begaan is. 

 

Wanneer de snelheidsovertreding werd begaan met een motorvoertuig ingeschreven op naam van een rechtspersoon die de gebruikelijke bestuurder in de Kruispuntbank voertuigen heeft laten registreren, en de bestuurder bij de vaststelling van de overtreding niet geïdentificeerd werd, wordt de gebruikelijke bestuurder gelijkgesteld met de houder van de kentekenplaat en wordt vermoed dat de overtreding is begaan door de geregistreerde gebruikelijke bestuurder van het voertuig. 

 

De houder van de kentekenplaat of de bestuurder die hiermee gelijkgesteld werd, kan dit vermoeden weerleggen door met elk middel te bewijzen dat hij niet de bestuurder was op het ogenblik van de feiten. In dat geval is hij ertoe gehouden om de identiteit van de onmiskenbare bestuurder kenbaar te maken binnen 15 dagen na datum van de kennisgeving van de overtreding, behalve wanneer hij diefstal, fraude of overmacht kan bewijzen. 

 

Artikel 3 (oude versie):

Artikel 3. De vaststelling van de snelheidsovertredingen zoals omschreven in artikel 1 van deze verordening gebeurt door de bevoegde personen vermeld in artikel 3 van het Koninklijk besluit 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.

Wordt artikel 3 (nieuwe versie):

Artikel 3. De sanctionerend ambtenaar kan overeenkomstig dit reglement bij wijze van administratieve sanctie overgaan tot het opleggen van een administratieve geldboete voor de beperkte snelheidsovertredingen. De identiteit van de overtreder wordt vastgesteld conform artikel 2 van deze verordening. 

De bedragen van de administratieve geldboetes voor de beperkte snelheidsovertredingen, zijn gelijk aan de bedragen vastgelegd door de Vlaamse Regering in artikel 2, 2° van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer.  

 

Artikel 4 (oude versie)

Artikel 4. Het proces-verbaal van de overtreding wordt binnen veertien dagen nadat de overtreding is vastgesteld bezorgd aan de sanctionerend ambtenaar, vermeld in artikel 6 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.

Wordt artikel 4 (nieuwe versie):

Artikel 4. De vaststelling van de beperkte snelheidsovertredingen gebeurt door de bevoegde personen vermeld in artikel 3 van het Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.  

 

Artikel 5 (oude versie)

Artikel 5. Binnen veertien dagen na de dag waarop de sanctionerend ambtenaar het proces-verbaal heeft ontvangen, bezorgt hij dat proces-verbaal samen met de vermelding van het bedrag van de administratieve geldboete per gewone brief aan de overtreder. De overtreder betaalt de administratieve geldboete binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij hij binnen diezelfde termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar. De betaling van de administratieve geldboete en het bezorgen van de schriftelijke verweermiddelen gebeuren overeenkomstig de wijze die in het betalingsverzoek is bepaald.

Wordt artikel 5 (nieuwe versie)

Artikel 5. Een afschrift van het proces-verbaal van de overtreding wordt binnen veertien dagen nadat de overtreding is vastgesteld bezorgd aan de sanctionerend ambtenaar, vermeld in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.  

 

Artikel 6 (oude versie)

Artikel 6. Als de sanctionerend ambtenaar de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond verklaart, brengt hij de overtreder daarvan op de hoogte binnen dertig dagen na de dag van ontvangst van het schriftelijk verweer, met vermelding van de administratieve geldboete die moet worden betaald. In dat geval wordt de administratieve geldboete betaald binnen dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar op de wijze die in het betalingsverzoek is bepaald.

Wordt artikel 6 (nieuwe versie)

Artikel 6. Binnen veertien dagen na de dag waarop de sanctionerend ambtenaar het afschrift van het proces-verbaal heeft ontvangen, bezorgt hij een afschrift daarvan, samen met de vermelding van het bedrag van de administratieve geldboete aan de overtreder.  

Als de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België heeft, mag het afschrift van het proces-verbaal vervangen worden door de informatiebrief, vermeld in artikel 5 van richtlijn 2015/413/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie. 

De overtreder betaalt de administratieve geldboete binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij hij binnen diezelfde termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar. De betaling van de administratieve geldboete of het bezorgen van de schriftelijke verweermiddelen gebeuren overeenkomstig de wijze die in de kennisgeving is bepaald.  

 

Artikel 7 (oude versie)

Artikel 7. Als de sanctionerend ambtenaar de verweermiddelen van de overtreder niet onontvankelijk of ongegrond verklaart binnen dertig dagen na de dag van ontvangst van het schriftelijk verweer, worden die verweermiddelen geacht aanvaard te zijn.

Wordt artikel 7 (nieuwe versie)

Artikel 7. Als de sanctionerend ambtenaar de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond verklaart, brengt hij de overtreder daarvan op de hoogte binnen negentig dagen na de dag van ontvangst van het schriftelijk verweer, met vermelding van de administratieve geldboete die moet worden betaald. In dat geval wordt de administratieve geldboete betaald binnen dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar op de wijze die in deze kennisgeving is bepaald. 

 

Artikel 8 (oude versie)

Artikel 8. De beslissing om een administratieve geldboete op te leggen, heeft uitvoerbare kracht als ze definitief geworden is. De voormelde beslissing is definitief op één van de volgende tijdstippen:

1° dertig dagen na de kennisgeving van de administratieve geldboete, zoals bepaald in artikel 5 van deze verordening, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar of beroep aantekent bij de politierechtbank

2° dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar waarbij de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond worden verklaard, zoals bepaald in artikel6 van deze verordening, tenzij degene aan wie de boete is opgelegd binnen deze termijn beroep aantekent bij de politierechtbank.

Wordt artikel 8 (nieuwe versie)

Artikel 8. Als de sanctionerend ambtenaar de verweermiddelen van de overtreder niet onontvankelijk of ongegrond verklaart binnen negentig dagen na de dag van ontvangst van het schriftelijk verweer, worden die verweermiddelen geacht aanvaard te zijn.  

 

Artikel 9 (oude versie)

Artikel 9. Wanneer de sanctionerend ambtenaar tijdens de procedure vaststelt dat de voorwaarden om een administratieve geldboete op te leggen, zoals vermeld in artikel 1 van deze verordening, niet vervuld zijn, brengt hij de vaststeller van de overtreding daarvan op de hoogte zodat de strafrechtelijke procedure kan worden gevolgd.

Wordt artikel 9 (nieuwe versie)

Artikel 9. De beslissing om een administratieve geldboete op te leggen, heeft uitvoerbare kracht als ze definitief geworden is. De voormelde beslissing is definitief op één van de volgende tijdstippen:  

1° dertig dagen na de kennisgeving van de administratieve geldboete, zoals bepaald in artikel 6 van deze verordening, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar of beroep aantekent bij de politierechtbank  

2° dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar waarbij de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond worden verklaard, zoals bepaald in artikel 7 van deze verordening, tenzij degene aan wie de boete is opgelegd binnen deze termijn beroep aantekent bij de politierechtbank.  

 

Artikel 10 (oude versie)

Artikel 10. De sanctionerend ambtenaar, aangesteld door de gemeenteraad, staat in voor en waakt over de verwerking en afhandeling van de dossiers omtrent de beperkte snelheidsovertredingen die het voorwerp uitmaken van voorliggend reglement.  De sanctionerend ambtenaar neemt in volledige onafhankelijkheid de beslissingen.

Wordt artikel 10 (nieuwe versie)

Artikel 10. Wanneer de sanctionerend ambtenaar tijdens de procedure vaststelt dat de voorwaarden om een administratieve geldboete op te leggen, zoals vermeld in artikel 1 van deze verordening, niet vervuld zijn, brengt hij de vaststeller van de overtreding daarvan op de hoogte zodat de strafrechtelijke procedure kan worden gevolgd.  

 

Artikel 11 (oude versie)

Artikel 11. Tegen een beslissing waarbij een administratieve geldboete wordt opgelegd kan diegene aan wie de boete is opgelegd binnen een maand na de kennisgeving van de beslissing volgens de burgerlijke procedure beroep aantekenen bij de politierechtbank.

De politierechtbank oordeelt over de wettelijkheid en de proportionaliteit van de opgelegde administratieve geldboete. Hij kan de opgelegde administratieve geldboete bevestigen of herzien. De beslissing van de politierechtbank is niet vatbaar voor hoger beroep.

Wordt artikel 11 (nieuwe versie)

Artikel 11. De sanctionerend ambtenaar, aangesteld door de gemeenteraad, staat in voor en waakt over de verwerking en afhandeling van de dossiers omtrent de beperkte snelheidsovertredingen die het voorwerp uitmaken van de voorliggende politieverordening.  De sanctionerend ambtenaar neemt in volledige onafhankelijkheid de beslissingen. 

 

Artikel 12 (oude versie)

Artikel 12.  De politieverordening betreffende de beperkte snelheidsovertredingen treedt in werking op 1 december 2022.

Wordt artikel 12 (nieuwe versie)

Artikel 12. Tegen een beslissing waarbij een administratieve geldboete wordt opgelegd, kan diegene aan wie de boete is opgelegd, binnen een maand na de kennisgeving van de beslissing volgens de burgerlijke procedure beroep aantekenen bij de politierechtbank.  

De politierechtbank oordeelt over de wettelijkheid en de proportionaliteit van de opgelegde administratieve geldboete. Hij kan de opgelegde administratieve geldboete bevestigen of herzien. De beslissing van de politierechtbank is niet vatbaar voor hoger beroep. 

 

 

Artikel 2

De gecoördineerde versie van de bijzondere politieverordening betreffende de beperkte snelheidsovertredingen wordt als bijlage aan de notulen van deze zitting gehecht en maakt hier integraal deel van uit.


Bijlage

Bijzondere politieverordening betreffende de beperkte snelheidsovertredingen – gecoördineerde versie. 

Disclaimer

Register der bekendmakingen

Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.

Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.